Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Overdiagnosticering van autisme bij meisjes en vrouwen?

Hoewel wetenschappelijk bewijs vooralsnog ontbreekt, zijn in de onderzoeksliteratuur en behandelpraktijk signalen te herkennen die wijzen op een overdiagnosticering van autisme bij meisjes en vrouwen. De auteurs pleiten daarom voor stapsgewijze psychodiagnostiek, met voldoende aandacht voor een gedegen case identification.
In een discussiebijeenkomst van het Consortium Autisme Spectrum Stoornissen bij volwassenen (CASS-18+) – een Nederlands netwerk van in autisme gespecialiseerde ggz-hulpverleners – werd onlangs gesproken over de groeiende ggz-instroom van meisjes en vrouwen die vragen om autisme diagnostiek. Dit roept de vraag op: is er soms sprake van overdiagnosticering van autisme bij meisjes en vrouwen?

Een psychodiagnostische inhaalslag

De prevalentie van autisme is toegenomen van 0,05% in de jaren 60, tot tenminste 1% in de afgelopen 20 jaar.1 Deze toename in de prevalentie wordt niet aan een ‘autisme-epidemie’ toegeschreven, maar aan de verbreding van de diagnostische criteria en aan de toegenomen herkenning.1 Dat er sprake is van een oververtegenwoordiging van jongens en mannen onder mensen met autisme is van oudsher bekend, en dit kreeg vooral de laatste jaren veel aandacht.
Waar in de Nederlandse geestelijke gezondheidszorg (ggz) de man-vrouw verhouding van mensen met autismespectrumstoornis in de periode 2009-2013 nog ongeveer 3,5:1 was, (147.944 mannen en 41.848 vrouwen), was die verhouding (incidentie) in 2017-2018, 2:1 (21.016 mannen en 11.089 vrouwen) (Vektis, rapportage 2020). Deze aanzienlijke verschuiving – ook wel een psychodiagnostische inhaalslag genoemd – lijkt onze klinische indruk te bevestigen dat er inderdaad sprake is van een overdiagnosticering van autisme bij meisjes en vrouwen. Dit kan een gevolg zijn van het feit dat de ggz in het verleden onvoldoende aandacht had voor autisme bij meisjes en vrouwen. Een zogeheten diagnostische ‘gender bias’ – bijvoorbeeld een kenmerk als gefixeerde interesses mannelijk inkleuren – lijkt hierbij een rol te spelen. Daarnaast
Premium

Wil je dit artikel lezen?


    Al abonnee? Log dan in