Relatie tussen darmbacteriën en depressieve gevoelens gevonden

0
3463

Resultaten Amsterdam en Rotterdam vergeleken

De Erasmus MC-wetenschappers hebben een grootschalig onderzoek uitgevoerd. Van duizenden Rotterdammers en Amsterdammers is de ontlasting onderzocht om te kijken welke bacteriën er in de darmen voorkomen. Tegelijkertijd werd via vragenlijsten de depressieve gevoelens gemeten.

Zowel in de Rotterdamse als Amsterdamse groep werd een verband gevonden tussen veertien groepen darmbacteriën en depressieve gevoelens. ‘Dan weet je dat het klopt. Dit soort vergelijkend onderzoek wordt te weinig gedaan in de wetenschap. We hebben het heel kundig opgepakt’, vertelt Uitterlinden.

Bacteriesamenstelling veranderen door middel van een pil

Er is helaas nog weinig bekend over de oorzaak en het gevolg van het verband. Maar wat zou je kunnen doen als je weet dat een bepaalde bacterie leidt tot depressieve gevoelens? ‘Het gaat meestal niet om één bacterie, maar een combinatie van verschillende bacteriën. De ingrepen die je kan doen hebben betrekking op voedingsverandering. Maar antibiotica, prebiotica en probiotica kunnen mogelijk ook de oplossing zijn’, legt onderzoeker Robert Kraaij uit.

Bij probiotica dien je levende bacteriën aan iemand toe. In de toekomst zou dit kunnen via een pil waarin een aantal bacteriën zitten die de samenstelling van bacteriën in het menselijk lichaam kunnen veranderen. Op deze manier zijn ziektes te voorkomen.

Verantwoord en gevarieerd dieet

Massaal probiotica slikken voor gezonde darmen is volgens André Uitterlinden niet aan te raden. ‘Ik zou eerder kijken naar een verantwoord en gevarieerd dieet. Dat is veel beter voor je darmen. Uit onderzoek blijkt dat je darmsamenstelling daardoor een optimale samenstelling gaat kennen waar alleen maar goede bacteriën in voorkomen.’

Uitterlinden laat weten dat dit onderzoek niet de heilige graal is in de zoektocht naar de definitieve oplossing van depressies. ‘Niet alleen de bacteriën in onze darmen hebben invloed op depressieve gevoelens. Ook onze genetische aanleg speelt een rol en de omgevingsfactoren van een persoon. Dat is alleen lastiger te meten. Ons DNA-onderzoek kunnen we snel, goed en goedkoop uitvoeren. Maar de bacteriën zijn helaas niet de enige oorzaak.’

Met een grootschalige studie vonden Robert Kraaij en André Uitterlinden een verband tussen veertien groepen darmbacteriën en depressieve gevoelens. Het onderzoek leverde een publicatie op in Nature Communications. Moet depressie voortaan met antibiotica of probiotica behandeld worden?