De vraag naar psychologische hulp bij aandachtsproblemen en ADHD is de afgelopen jaren sterk toegenomen. In 2023 kregen bijna 300.000 mensen in Nederland ADHD-medicatie voorgeschreven, bijna vier keer zoveel als in 2006. De toename is het sterkst onder volwassenen, met name vrouwen tussen de 20 en 30 jaar. Tegelijkertijd groeit het aantal verwijzingen naar de ggz op basis van concentratieklachten, waardoor wachttijden oplopen en behandelcapaciteit onder druk staat.
Voor GZ-psychologen brengt deze ontwikkeling belangrijke vragen met zich mee: hoe differentiëren we tussen ADHD en andere psychische of contextuele problemen? Hoe gaan we om met zelfdiagnose en druk vanuit cliënten? En wat is er nodig om de juiste zorg beschikbaar en verantwoord te houden?
Snelle stijging, trage toegang
Uit gegevens van het CBS blijkt dat in 2024 meer dan 90.000 mensen binnen de ggz hulp kregen vanwege concentratieproblemen. De gemiddelde wachttijd voor deze groep is 23 weken, in sommige regio’s zelfs meer dan een jaar. “De stijgende vraag naar ADHD-zorg zet het systeem onder spanning,” stelt Ruth Peetoom, voorzitter van de Nederlandse ggz. “We zien dat mensen zekerheid zoeken in een diagnose, maar dit gaat ten koste van degenen die daadwerkelijk zorg nodig hebben. Het vertraagt toegang tot passende behandeling.”
GZ-psychologen hebben een cruciale rol in deze triage. Het onderscheid tussen ADHD, stressgerelateerde klachten, angststoornissen, of een overvragende leefstijl is vaak subtiel. Bovendien is de context waarin klachten ontstaan, zoals werkdruk, prikkelrijke omgevingen of sociale media, steeds complexer.
Sociale media en zelfdiagnose: een dubbele dynamiek
Op platforms zoals TikTok en Instagram circuleren talloze filmpjes over “symptomen van ADHD”, vaak gepresenteerd in herkenbare, maar simplistische formats. Dit draagt bij aan de normalisering van psychische klachten, maar versterkt ook de neiging tot zelfdiagnose. Peetoom: “Als je van sociale media maar vaak genoeg hoort dat jouw ervaringen ‘passen bij ADHD’, ontstaat een begrijpelijke behoefte aan bevestiging, vaak in de vorm van een diagnose of medicatie.”
Voor GZ-psychologen betekent dit een toename van cliënten die met een duidelijke verwachting het gesprek aangaan. Zij hebben zich vaak al verdiept in ADHD, herkennen zich in online informatie, en zoeken bevestiging. Dit vraagt om een zorgvuldig diagnostisch proces, waarin ruimte is voor erkenning én reflectie: waar